Op een late zomerdag in een anonieme havenstad loopt over de kustweg een vrouw zonder naam. Ze komt van de sloppenwijk aan de stadsrand en is op zoek naar haar verdwenen zeventienjarige dochter. Langs de corniche rijzen geraamten van nieuwbouwpanden op. Auto's rijden voorbij en pikken meisjes op, die vervolgens verdwijnen. Onbepaalde tijd geleden woedde... Lees verder →
De prijs om te mogen thuiskomen
In Sirius, een bundel van honderd heftige, afschuwwekkende, verleidelijke fabels, brengt Hanz Mirck in poëtisch proza een schurftige zwerfhond voor het voetlicht. Of is het een mens op de vlucht wiens hondenleven (opgejaagd, getemd, geknecht) ons hier vrijpostig in de schoot geworpen wordt? Hanz Mirck schrijft al ruim dertig jaar proza en poëzie. In Apeldoorn,... Lees verder →
Impressie: Brandingen
Iemand staat ergens op een strand en zegt: 'Misschien hebben we niets met de andere wereld te maken, verschijnt die hooguit even in ons gezichtsveld om meteen weer te verdwijnen.' Iemand sluit het raam tegen de kou, 'ziet zichzelf weerspiegeld in het glas, met de zee die door hem heen spoelt'. Iemand sluit zijn ogen.... Lees verder →