Een wenk van een vage schim achter een raam drie hoog volstaat om Thomas een duister pand te doen betreden in het dorp waar hij net is gearriveerd. Eenmaal de drempel over, blijkt het geen sinecure om zijn doel, de derde verdieping, te bereiken. Eerst verspert de huisbewaarder Thomas de weg; vervolgens leiden afdalende trappen... Lees verder →
De essentie van existentie
Het loopt al mis bij de afspraak aan de beuk waar Mercier (lang, pezig, baardig) en Camier (klein, gedrongen, krombenig) hun tocht zouden aanvatten. Hoewel de twee zestigers elkaar van kindsbeen af kennen en dus min of meer weten wat ze aan de ander hebben, duurt het ontstellend lang eer ze tot een vergelijk kunnen komen over... Lees verder →
Fantasmagorie van een waanzinnige droom
In winters Praag, wanneer de duisternis valt en de stemmen in de kroegen verstommen, werpen versteende figuren op gevels in het zwakke licht van lantaarns hun schaduw op de besneeuwde kasseien. Een occasionele wandelaar wordt in de verstilde stad mogelijk gestalten gewaar, die lijken op faunen. Hij ziet dingen die anderen niet zien. Hij hoort... Lees verder →
Weigering van de eeuwige wederkeer
Op het omslag van Nachtlus, het poëziedebuut van de West-Vlaming Jeroen Messely, prijkt Nocturne in Black and Gold – The Falling Rocket van James Whistler, een hoogtepunt van het estheticisme in de schilderkunst. Resoluut ‘de graatmagere dageraad’ afwijzend, duikt Messely onder in de nacht. Nachtlus bevat zes delen, met Franse titels die expliciet verwijzen naar taal (‘La... Lees verder →
Val in de tijd
Onthutst, sprakeloos staan twee mensen tegenover elkaar. Aan de ene kant van de deuropening: Judith, die 'op een merkwaardige manier op zichzelf leek', aan de andere kant: de naamloze ik-verteller. Ze hebben elkaar lang niet gezien. Hij komt voor Judiths huisgenote Claudia. Terwijl ze zwijgend tegenover elkaar staan, komen begraven herinneringen bovendrijven. Ontzetting neemt bezit... Lees verder →
Levensreddende fictie
Aboekir, Algerije. In een kamer zit een man koortsachtig te schrijven aan het sterfbed van zijn vader. Hij twijfelt: 'Heeft het nog zin?' Zabor, verstoten zoon van de stervende slager, heeft een gave: door nauwgezet mensen te inventariseren met geschreven woorden, kan hij hun leven redden. Schrijven als morele plicht. Met taal het leven herscheppen:... Lees verder →