Een bloedneus overkomt Boekendienaar wel vaker wanneer hij op stap is. Zeker wanneer hij onderweg een ijshoorntje eet en onmiddellijk daarna een heuvel beklimt. Zo gebeurde vandaag bij de beklimming van de Kantienberg richting Sint-Pietersabdij. In de boomgaard palend aan het historisch pand mag Boekendienaar graag verwijlen op herfstige dagen. Liefst eet hij er een... Lees verder →
Boekendienaar flaneert
Boekendienaar is een flaneur. Althans dat verbeeldt hij zich wanneer hij getooid met sjofele hoed en gepommadeerde snor in zijn beige linnen pak de boulevard op wandelt. Stroomopwaarts kuiert hij de zomerse dag tegemoet en laat zich meedeinen op het ritme van wandelaars en vaarders. Nu en dan houdt hij blijmoedig halt aan de oever... Lees verder →
Een gombrowicziaanse dag voor Boekendienaar
Licht aangeschoten zit Boekendienaar met zijn smoel in zijn handen aan een hoekige tafel bij een glas Pouilly-FuissĂ© gombrowicziaans te wezen. Knorrig door de hitte aanschouwt hij de wereld om zich heen. Die wereld ziet er kunstmatig, theatraal uit. Bevangen door weerspannigheid weigert Boekendienaar zich heden aan conventies te houden. Ostentatief poot hij zijn stoel... Lees verder →
Fuga in woord en beeld
Majestueuze klanken golven door de ruimte. Naar een orgelconcert luisterend in een vaal verlichte kloosterkerk, denk ik aan De andere naam. Septologie I-II, de zopas vertaalde roman van de Noorse schrijver Jon Fosse (1959). Terugkerende tonen vermengen zich met het onaardse licht en de repetitieve bewoordingen in Fosses werk. Beelden komen tevoorschijn, krijgen contouren, verveelvoudigen... Lees verder →
Verbloemd kwaad
In de jaren dertig van de vorige eeuw leidt Jean Genet (1910-1986) een zwerversbestaan en een dievenleven. Dankzij de tussenkomst van Cocteau, Sartre en andere invloedrijke Franse schrijvers ontsnapt hij aan een levenslange gevangenisstraf en begint in 1945 het grotendeels autobiografische Dagboek van een dief te schrijven. Hij is vijfendertig jaar oud, rijk en vermoeid.... Lees verder →
De pijngrens voorbij
Thomas Meerman ligt met hoge koorts in bed. Al jaren droomt de zieke schrijver van 'het ideale, niet-gebeurende verhaal, een verhaal als talloze, uit een hoge hoed getoverde, nergens heen lopende konijnen'. Hij ijlt. En jawel, uit zijn koortsdromen springt zo'n konijn tevoorschijn, in de vorm van een obsessie voor Leonie en Jitka, de twee... Lees verder →
Een bord linzen en beren op de weg
Meer mensen dan hij in tijden zag, zijn vanmiddag in zijn appartement langsgekomen. Gelach, felicitaties. Mensen die hij niet kende, schudden hem de hand. Als hij het goed begrijpt, waren ze er omwille van een onderzoek dat hij vroeger zou hebben uitgevoerd in een natuurkundig laboratorium en dat nu blijkbaar een toepassing heeft gevonden die... Lees verder →
De onbeteugelde avonturen van Boekendienaar (IX)
Het zomert in Parijs. Boekendienaar is neergestreken op het terras van cafĂ© de la Mairie aan de rand van een zonovergoten plein. In zijn schrift noteert hij datum, uur en weersgesteldheid. In 1974 deed Georges Perec, hier op Place Saint-Sulpice, drie dagen lang een poging om al wat hij zag minutieus te beschrijven. Net als... Lees verder →
De onbeteugelde avonturen van Boekendienaar (VIII)
Boekendienaar heeft een vrije dag en begeeft zich naar het terras van het lokale theater, neemt plaats aan een beschaduwd rond tafeltje. Geheel passend bij zijn reputatie legt hij een verhalenbundel van F.B. Hotz geopend voor zich neer, bestelt een glas witte huiswijn, leunt genoeglijk achterover en kijkt om zich heen. Sinds zesendertig uur struint... Lees verder →
De onbeteugelde avonturen van Boekendienaar (VII)
De ideale bibliotheek, zeshoekig met een hoek af, is traditioneel en vooruitstrevend, overzichtelijk en labyrintisch, vol en leeg, open en gesloten, nederig en oneerbiedig, vertrouwd en bevreemdend, fundamenteel en overbodig, te groot en te klein, volmaakt en onaf, onrustwekkend en geruststellend, hoffelijk en provocerend, een wensdroom en een absolute nachtmerrie. De ideale bibliotheek is als... Lees verder →