Aangeraakt op afstand

Op een begraafplaats verschijnen voor zonsopgang twee mensen, een man en een vrouw, die elkaar niet kennen. Zwijgend bevinden ze zich op de rand van elkaars waarneming. Zij kijkt door een verrekijker naar vroege vogels, terwijl hij, roerloos en in zichzelf gekeerd, onder de treurwilg aan het water staat. De lezer komt nauwelijks iets over hen te weten. Hun naam en levensgeschiedenis zullen ongewis blijven. Het enige wat we zeker weten is dat aan beiden iets ontbreekt. Zij is kaal (van bij de geboorte) en hij mist een been. Ietwat ongemakkelijk beginnen ze een gesprek, bijna uitsluitend in metaforen. Het hechten begint vanaf het eerste moment.

Tere min, de jongste roman van Dietske Geerlings, is een fascinerende poëtische reflectie over verlies en gemis. Het verhaal is symbolistisch, etherisch, ambigu. Geerlings liet zich inspireren door de Vuurvogel van Igor Stravinsky, de mystiek van Hadewijch en het spel van de theremin. De theremin is een elektronisch muziekinstrument dat bespeeld wordt zonder het aan te raken: in een magnetisch veld bepaalt de beweging van de ene hand de toonhoogte, die van de andere het geluidsvolume. Afstand is noodzakelijk én betekenisvol. Als uit het niets ontstaat muziek, waarvan de klank het midden houdt tussen het gezang van een operazangeres, het geluid van een viool en een zingende zaag.

Hij heeft het over een mythische vuurvogel (de mooiste vogel die je je kunt voorstellen) en de theremin. Zij begrijpt hem niet. Ze maakt er ‘tere min’ van, ziet de vuurvogel dansen in zijn ogen en verbindt wat hij zegt met erotiek. Verward houden ze vast aan elk misverstand. Gebiologeerd door wat ontbreekt bij de ander en tussen hen in, dwalen ze als naamloze schimmen langs de oever van het meer. Ondanks of dankzij de afstand, raken ze iedere dag voor zonsopgang op de begraafplaats een snaar bij de ander.

Hij nodigt haar uit om de theremin, het magische instrument waaraan hij eindeloos sleutelt, bij hem thuis te bekijken. Hij verlangt dat zij het bespeelt. Ze aarzelt, maar in zijn ogen verschijnt opnieuw de vuurvogel, die haar verleidt. Op geen enkel moment raken ze elkaar aan. Het lukt haar niet om de theremin te bespelen: ze ontlokt er slechts valse klanken aan. Gekooid door gemis en gebrek, verlangen ze naar wat ze krampachtig ontwijken: vrijheid en nabijheid.

Als verdwaalde insecten zoemen de man en de vrouw om elkaar heen. Het gebrek aan lucht verstikt hen. De onderlinge afstand wordt steeds groter. Tot hij op een dag niet meer op de begraafplaats verschijnt. De muziek verstomt.

‘Het grote verdwijnen begint in jezelf, als een missen dat steeds verder uitdijt. Het begin en einde staan fier overeind, maar daarbinnen gebeurt het, als een gevaarlijke stroming, een draaikolk waarin je plotseling meegesleurd wordt en verdwijnt.’

Tere min is etherisch én aards. Geerlings verenigt wat vrijwel onverenigbaar is, verkent op een fijngevoelige manier het onzegbare en het onzichtbare. Het geluid van de theremin en de aanblik van de vuurvogel zinderen na.

Dietske Geerlings: Tere min, Zutphen 2021, 140 p. ISBN 9789082955385.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: