Siciliaanse brieven: een impressie

Geerten Meijsing woonde meer dan een half leven in Italië. Eerst twintig jaar in Lucca; dan vertrekt hij naar Sicilië en betrekt er een huurappartement in het historische centrum van Syracuse, op het schiereiland Ortygia. Met zijn linnen pak, panamahoed, zonnebril, mocassins en wandelstok heeft de schrijver wel wat weg van een dandy. De Citroën Prestige waarmee hij het eiland rondtuft, versterkt dat beeld nog.

Meijsing is een gelukkig man, althans wanneer de weersomstandigheden gunstig zijn. Dan zwemt hij ’s ochtends in de Ionische zee voor zijn deur of in de binnenzee aan de andere kant van het schiereiland. ’s Winters, wanneer stormen en onweersbuien het eiland teisteren, verschuilt de schrijver zich in zijn bibliotheek en speelt saxofoon. Door het keukenraam ziet hij de palmbomen elegant tot een hoek van bijna negentig graden buigen. Binnen is het altijd vochtig omdat de meeste huizen niet verwarmd worden. Net als de meeste oudere Sicilianen heeft Meijsing last van reuma. In verhouding tot het goede leven deert hem dat weinig. In de winter rijpen de granaatappels en de bloedsinaasappelen; in januari bloeien de amandelbomen, even later de mimosa en wanneer beter weer aanbreekt varen de vissers uit. Ook van goed bereid watervoedsel raakt Meijsing in extase.

Siciliaanse brieven bevat korte stukjes over de manier van leven op Sicilië: over de politiek en de machtsverhoudingen met de maffia, over eetgewoonten, toerisme en de politieromans van Camilleri met de befaamde commissaris Montalbano. Over de zilte zee waait de Griekse mythologie Meijsing tegemoet; die integreert hij met plezier in zijn leven. Voorts mijmert hij over tradities, filosofie en religie en bezingt met regelmaat de Italiaanse koffie en zijn dagelijkse Toscaanse sigaar. Verder schrijft Meijsing over het ongemakkelijke bezoek van zijn beroemde zus Doeschka en het boek dat ze nadien samen uitbrachten (Moord & Doodslag). De schrijver is zich ervan bewust als een excentrieke ouwe gek gezien te worden, vooral omdat hij Syracuse als het eindstation van zijn leven beschouwt. De meeste Sicilianen doen de omgekeerde beweging, trekken in de loop van hun leven naar het Noorden. Op dertig jaar tijd slonk het aantal autochtone inwoners van Syracuse van dertigduizend naar drieduizend.

Het blauw van de zee, het wit van de huizen en de schittering van het licht in de branding wakkeren Meijsings geluksgevoel aan. Wanneer hij niet schrijft, slentert de schrijver door de stegen van de oude stad of loopt langs de zonovergoten kade naar de vismarkt. De eenvoudige maar gezonde Siciliaanse keuken en de hoffelijke traagheid van de eilandbewoners, die sociaal contact belangrijker vinden dan efficiëntie, zijn elke dag opnieuw een balsem voor zijn ziel.

Geerten Meijsing: Siciliaanse brieven, Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam – Antwerpen 2023, 128 p. ISBN 9789029550086.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: